De vrijheid om over data en informatie te beschikken

‘Information wants to be free’, luidt de cyberlibertarische strijdkreet,1 die vooropstelt dat data en informatie in beginsel vrij en gratis toegankelijk behoren te zijn. Daar staat tegenover dat vrije beschikbaarheid van data en informatie – eufemistisch gezegd – ‘op gespannen voet staat met’ de bescherming van persoonsgegevens, bedrijfs- en staatsgeheimen en intellectuele eigendomsrechten. Los van de vraag of de inhoud van data – ‘datacontent’ – vrij is of dient te zijn, rijst ook de vraag in hoeverre de vastlegging (c.q. codificatie) van data in een digitaal bestand door het recht beschermd kan of dient te worden. Wanneer ik eigenaar kan zijn van een databestand, zoals ik ook eigenaar kan zijn van een boek, geeft dat ook de mogelijkheid de toegang tot de inhoud van dat databestand te controleren. In een tijd waarin data en informatie vooral in digitale vorm en online beschikbaar zijn, neemt het belang van de vraag of en in hoeverre de toegang tot data en informatie gecontroleerd kan en mag worden alleen maar toe.

Maandblad voor Vermogensrecht 2020, p. 308-313